SMILE

Gepubliceerd op 3 februari 2025 om 20:37

Mevr Willy is al heel haar leven een vrouw met temperament. Een pittige madam, zeggen ze dan in Vlaanderen. Niet per se lastig, maar wel iemand die haar gedacht zegt, liefst op een volume waarbij de buren kunnen meegenieten. Dat vond ik vroeger charmant. Leven in de brouwerij. Gezelligheid troef.

Maar toen kwam de kanker. En de kankerbehandelingen. En de hormonen. En dat spook van dementie. En daarmee: het korte lontje van Mr willy. En laat dat nu net het probleem zijn.

Waar ie vroeger de kalmte zelve was, de bemiddelaar, de vredesduif in hun keukentafelgesprekken, is ie nu geleidelijk veranderd in een grimmige versie van zichzelf. Een kruitvat met een loszittende dop. Iets wat nog net niet ontploft als de koffie te heet is of als de krant verkeerd opgevouwen ligt. En dan kunnen de buren ook weer meegenieten.

En Mevr Willy, die altijd al een vurige dame was, weet niet goed wat ze daarmee aan moet.

Dus heeft ze een oplossing bedacht.

Gisteren, tijdens haar jacht in de kringwinkel – waar ze met de scherpte van een roofdier de rekken afschuimt – heeft ze een mok gevonden. Een mok met een gigantische smiley erop. Een breedlachend, gelukzalig ogend, knalgeel gedrocht van een ding. "Kijk eens, schat," zei ze opgewekt, "dit wordt onze vredesmok."

De afspraak is simpel: als een van ons beiden slechtgezind is, dan moet die uit de smiley-mok drinken. De theorie is dat je onmogelijk boos kunt blijven als je een slok koffie neemt uit een beker die je met een dwangmatige grijns aanstaart.

Ik heb zo mijn twijfels.

Want laten we eerlijk zijn: hoe lang gaat het duren voor die mok bij de eerste de beste woordenwisseling door de keuken vliegt? Hoe lang voor hij met een boog tegen de muur kletst, gevolgd door een verontwaardigde "Zèèèg!" van Mevr Willy.

Maar goed. Voorlopig staat hij er nog. Te blinken op het aanrecht. Als een soort bemiddelaar in porselein.

En vanochtend, toen ik me alweer stond op te winden over een verstopte koffiepad in de machine, schoof Mevr Willy de mok stilzwijgend mijn richting uit.

"Drink."

En ja, ik heb gedronken. En ja, het werkte. Een beetje.

Maar ik vraag me toch af  hoe lang die mok het gaat overleven.