
Het was een zware en langdurige strijd geweest, vol van tumult en onrust. Militanten hadden de vluchtroutes versperd, de poorten gesloten, de levering van draagmandjes geblokkeerd en onder de druk van bezorgde ouders had het bestuur uiteindelijk toegegeven. Het vervroegd pensioen voor chronisch zieken was een feit geworden.
Maar vreugde vond Gert hier niet in. Deze voorbarige pensionering, die een baken van troost had moeten zijn, liet hem koud. Hij verlangde terug naar het gezoem van de zomerbries langs zijn vleugels, het ritselen van de nesten in de lente, en zelfs het tikken van de dakpannen waarop hij voorheen zo sierlijk neerstreek. Die tijden waren vervlogen. Nu zat hij daar, mijmerend over een tijdperk waarin elk nest een eigen verhaal vertelde, en iedere levering van een kleine spruit een belevenis was.
Want, ondanks zijn leeftijd en kwalen, ondanks die rotkanker voelde hij zich nog krachtig genoeg om te vliegen, zeker tijdens de zomermaanden, over het platteland waar hij nog altijd met open armen werd ontvangen bij de vele boerderijen.
Echter, eerlijkheid gebiedt te zeggen, de glans was enigszins verbleekt. De pret was eraf, zo vond hij. Terugdenkend aan twintig, dertig jaar geleden, toen alles begon, was het een andere wereld. Toen was het werk een avontuur, ondanks het harde zwoegen en de lange uren zonder overurenvergoeding - een concept waarover destijds niemand viel. Het plezier in het werk, de vreugde die je bracht aan mensen, dat was op zich al een rijke beloning.
Je werd overal met open armen ontvangen. Er waren huishoudens waar je tot zeven keer terug mocht keren, waarbij zelfs de koninklijke hoogheid persoonlijk de rol van peter op zich nam. En als er een paar jaar geen 'bestellingen' waren in sommige families, dan bezocht je hen in je eigen vrije tijd, gewoon om te zien of alles wel goed ging.
Er was ruimte voor grappen en grollen. Zo nu en dan zette je jezelf op de schoorsteen van een nonnenklooster, en lachte je om de paniek die dan ontstond. Die onschuldige pret behoort nu tot het verleden, net zoals de nonnen zelf, een eveneens uitstervende bevolkingsgroep.
Een traan drupte uit zijn ogen.
Bovendien waren de bestellingen teruggelopen, en was het proces gecentraliseerd, haast fabrieksmatig. De persoonlijke band met de klanten was verdwenen. "Zet het hier maar neer," zou een verpleegster zeggen, "ik onderteken de bon wel." Soms keerde je zelfs zonder resultaat terug. "Maar het was toch besteld?" probeerde je dan nog. "Kan wel zo zijn," was dan het antwoord, "maar er is afgezegd. Niet meer nodig, ze hebben zich bedacht."
Gert voelde soms medelijden met de jonge ooievaars die nog moesten leren hoe het vak in elkaar zat. En toch, ondanks alles, miste hij het diep. De dagen voelden nu stil en leeg. Die verplichte pensionering zat hem hoog.
Gelukkig, bijklussen na je pensioen was toegestaan, en zo had hij gesolliciteerd voor een functie op een groot speelplein. Daar zochten ze een ooievaar om zich van 8 tot 5 te settelen op een namaaknest. En een paar keer per dag moest hij dan even rondvliegen, boven de hoofden van de spelende kinderen.
En hij was aangenomen. Gisteren was zijn eerste werkdag geweest. Heerlijk . Van een chemobrein had ie nog geen last en hij had heel wat kinderen herkend , die door hem indertijd hoogst persoonlijk waren thuisbezorgd.
En ook onder de moeders waren d'r best wat bekende gezichten, en d'r waren er zelfs bij die hem nog herkenden. Kijk eens, Jantje dié heeft jou gebracht bij mammie , zwaai eens.. Ja, en dan vloog ie een extra rondje, speciaal voor hen.
Vaders waren er niet, toch geen die hij kende. Maar ja, tegenwoordig wisselen wisselen ze van vader zoals je van hemd verwisselt. Moderne tijd zeker .....
En kost en inwoning zijn verzekerd, dus er is een zilveren randje. Alleen jammer dat er geen nonnen meer zijn, dat had nog voor wat vermaak kunnen zorgen.
Reactie plaatsen
Reacties