DON QUICHOT DE LA MANCHA

Gepubliceerd op 21 januari 2024 om 15:32

Iedereen kent wel Don Quichot, het meesterwerk van Miguel de Cervantes (1547-1616). Zelfs mensen die het boek nooit hebben gelezen, weten dat de hoofdfiguur tegen kuddes schapen vocht die hij voor legers aanzag, en tegen windmolens die hij voor reuzen hield. Het was een ongelijke strijd. Don Quichot, de nobelste en droefste aller ridders, viel menigmaal van zijn paard Rocinante. En zijn aanbeden jonkvrouw Dulcinea was een boerentrien die hem zelfs nog geen handkus wou geven. Het meest Spaanse boek ooit, is meteen ook het meest universele. Want zijn we niet allemaal Don Quichot? En als we het toevallig niet zijn, dan zijn we toch diens knecht Sancho Panza die tenminste nog enig boerenverstand had dat hij zelfs af en toe gebruikte. 

En in  de schaduw van Don Quichot's legendarische avonturen, voert Mr Willy zijn eigen gevecht.
Hij vecht tegen de onzichtbare vijanden van kanker, ziekte  en onzekerheid. Onversaagd accepteert  en verdraagt  hij hormoontherapie, bestralingen, chemo, de impact ervan op zijn lichaam , hij vecht , hij sport, hij schuimt het internet af op alternatieve handelingen, op hoopgevende therapieën....
En in die  momenten van strijd voelt ie zich  als Don Quichot.  Met een onwrikbaar geloof in, al is het dan niet de overwinning , dan toch een  zeer ruime overschrijding van zijn overlevingscijfers,  richt ie de lans van hoop en vastberadenheid tegen de molens van het lot.

Maar er zijn ook tijden dat ie meer meer op Sancho Panza lijkt, geaard in de realiteit, waarbij hij zijn  situatie niet als een strijd ziet, maar als een pad dat simpelweg bewandeld moet worden. Met de nuchterheid van Sancho erkent ie de  grenzen van wat mogelijk is. Hij begrijpt  dat sommige gevechten niet gewonnen kunnen worden door louter moed of wilskracht. En dan zoekt ie troost in de kleine dingen, in de warmte van familie en vrienden, in de stilte van momenten van vrede en in de wijsheid die voortkomt uit het accepteren van wat ie niet kan veranderen.

Het is in deze dualiteit dat zijn leven met kanker zich ontvouwt. Aan de ene kant is er de Don Quichot in hem, die weigert zich neer te leggen bij het onvermijdelijke, die vecht met elke vezel van zijn wezen, die gelooft in wonderen en die de hoop nooit opgeeft. Aan de andere kant staat Sancho, zijn realistische helft, die hem zachtjes herinnert aan de harde waarheden van zijn conditie, die hem helpt de schoonheid te zien in het hier en nu, en die hem de kracht geeft om vrede te vinden in zijn reis, hoe kort of lang die ook mag zijn.

Maar in die dualiteit is ie niet alleen, die vindt ie ook terug bij zijn lotgenoten. In hun verhalen vindt ie  zowel de strijdlustige geest terug van Don Quichot als de nuchtere wijsheid van Sancho Panza. 
Ervaringen worden uitgewisseld, angsten en overwinningen worden gedeeld,  wij vinden steun bij elkaar in de wisselvalligheden van onze gezondheid. En zo, te midden van zowel heroïsche als  realistische benaderingen, vinden we een balans die ons niet alleen in staat stelt om onze ziekte het hoofd te bieden, maar ook om te groeien en te leren van elke uitdaging die op ons pad komt.
Net zoals Don Quichot en Sancho Panza samen door de velden van La Mancha trokken, zo reizen wij samen door de onzekere landschappen van kanker, soms als dromers, soms als realisten, maar altijd onverbrekelijk verbonden. 
 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.